Op mijn twaalfde leerde ik klaverjassen.
Mijn ouders en opa en oma (Smit) kaartten altijd als we er op visite waren en ik verveelde me dan. Door het te leren had ik wat te doen. In IJmuiden zat ik bij de klaverjasvereniging, waar ik wekelijks kwam. Nu in in Friesland woon (tijdens corona) wil ik graag weer kaarten, maar de melding “kaartclub” in het dorpskrantje verklapt niet wat voor kaartspel ze spelen. Gisteravond ging ik voor het eerst naar de kaartclub. Ze doen aan kruisjassen, wat wel familie is van klaverjassen, maar wat ook voor verwarring zorgt: – de 10 is wel 10 punten, maar komt in rang ónder de heer – de heer is 3, de vrouw 2 en de boer 1 punt(en) – je moet verplicht spelen en je kan niet kiezen op welke kleur – elke slag mag je introeven – je mag je boer verzwijgen – de enige roem die je kunt halen is stuk en die moet je dan in je hand hebben – je moet 100 punten halen in plaats van minimaal 82 – Heb je een doormars/pit/stille, dan krijg je 3 punten; heb je meer dan 100, dan krijg je 2 punten en haalt geen van de teams 100 dan spel je nog een keer tot iemand de 100 haalt maar dan krijg je maar 1 punt. Bij 20 punten is het spel afgelopen.
Ik won de poedelprijs……